Met de wisseling van de seizoenen wordt vaak ook het management en rantsoen van het paard aangepast. Tijdens bepaalde seizoenen zijn sommige vormen van huisvesting en voeding, zoals vers gras en weidegang, minder beschikbaar. Daarnaast zijn er diverse factoren die per seizoen verschillen en invloed hebben op het rantsoen van het paard, zoals de omgevingstemperatuur. Het is daarom belangrijk het rantsoen af te stemmen op de seizoensveranderingen, om het welzijn en de gezondheid van het paard te waarborgen. In deze blog bespreken we welke aanpassingen in overweging genomen moeten worden bij de overgang van het ene seizoen naar het andere.

Overgang naar de Herfst en Winter

Een van de belangrijkste veranderingen bij de overgang van lente en zomer naar herfst en winter is de daling van de omgevingstemperatuur. Door deze temperatuurdaling hebben paarden meer energie nodig om hun lichaam warm te houden. Bovendien verruilen paarden hun zomervacht voor een dikkere wintervacht. Voor de aanmaak hiervan zijn extra energie, vitaminen en mineralen nodig.

Ruwvoer wordt in de darmen van het paard gefermenteerd door micro-organismen. Dit fermentatieproces genereert warmte en helpt zo de lichaamstemperatuur op peil te houden. Daarnaast worden de vezels in het ruwvoer omgezet in vluchtige vetzuren, die het paard van energie voorzien. Het voeren van voldoende ruwvoer ondersteunt dus zowel de thermoregulatie als de energievoorziening van het paard.

Tijdens de herfst- en winterperiode hebben de meeste paarden weinig tot geen toegang tot vers gras. Het is dan belangrijk om alternatieven zoals hooi aan te bieden, zodat het paard voldoende ruwvoer binnenkrijgt.

Veranderingen in het rantsoen moeten altijd geleidelijk worden doorgevoerd om spijsverteringsproblemen te voorkomen. De darmen van het paard zijn gevoelig voor veranderingen. Een abrupte verandering van het rantsoen kan leiden tot een verstoring van de darmflora en problemen zoals koliek of diarree veroorzaken. Introduceer daarom veranderingen stapsgewijs. Ter ondersteuning van de darmgezondheid, bijvoorbeeld tijdens een verandering van het rantsoen, kunnen pre- en probiotica worden toegevoegd aan het rantsoen.

De verandering van seizoenen kan ook invloed hebben op de weerstand van het paard. Hierdoor kunnen ze vatbaarder worden voor ziekteverwekkers. In dat geval is het aan te raden om het rantsoen aan te vullen met een supplement dat de weerstand ondersteunt.

In de herfst en winter staan paarden vaker op een zandpaddock, zodat grasweides kunnen herstellen. Wanneer paarden regelmatig buiten staan op een zandpaddock, bestaat de kans dat ze bewust of onbewust zand opnemen. Het is dan raadzaam een preventieve zandkuur, zoals SynoviumSand-Oil, aan het rantsoen toe te voegen ter ondersteuning van het spijsverteringsstelsel.

Omdat paarden vaker op stal staan tijdens koude en natte dagen, is het belangrijk om foerageergedrag te stimuleren. Dit heeft een positief effect op het welzijn van het paard. Door verschillende soorten ruwvoer (zoals hooi en luzerne) te combineren met een hooinet, zorg je ervoor dat het paard langer over zijn voer doet.

Wanneer extra energie nodig is in de winter, zijn producten zoals lijnzaadolie en bietenpulp geschikt. Deze producten leveren een langdurige bron van energie, zonder toevoeging van overtollige suikers en zetmeel.

Als je merkt dat je paard door de kou minder water drinkt, bied dan lauw drinkwater aan. Zo stimuleer je de vochtopname en voorkom je uitdroging.

Overgang naar de Lente en Zomer

Wanneer de temperaturen stijgen, en de dagen langer worden waardoor er meer en langer zonlicht is, begint het gras weer te groeien. Een van de grootste veranderingen bij de overgang van winter naar lente is dan ook dat paarden weer toegang krijgen tot grasweides.

Vers gras bevat andere voedingsstoffen in vergelijking tot hooi en verandert daarmee het rantsoen. Voorjaarsgras bevat, zeker wanneer de nachten nog koud zijn, relatief veel suiker. Daarom is het belangrijk om weidegang geleidelijk op te bouwen. Voor paarden die gevoelig zijn voor suiker of een sober rantsoen gevoerd krijgen wegens gezondheidsredenen, is onbeperkte toegang tot voorjaarsgras af te raden.

In deze periode is het belangrijk om de Body Condition Score (BCS) van je paard goed in de gaten te houden. Gras bevat meer energie dan hooi. Voor paarden met een lage BCS is dit gunstig om op een gezond gewicht te komen. Paarden die makkelijk aankomen, moeten echter beperkt worden in hun grasopname. Dit kan bijvoorbeeld door stripgrazen of met behulp van een graasmasker. Lees voor meer informatie de blog over het reguleren van de grasinname.

Ook ruilen paarden in deze periode de wintervacht in voor de zomervacht. Dit proces kost energie. Lijnzaadolie is in deze periode een waardevolle aanvulling. Het ondersteunt de huid en vacht en levert daarnaast extra energie. Omdat de lever een rol speelt in het rui-proces, kan een supplement ter ondersteuning van de lever nuttig zijn, zoals bijvoorbeeld Synovium Hippochol.

Tijdens de zomer zijn paarden over het algemeen actiever. Zorg er daarom voor dat ze voldoende energie binnenkrijgen. Energie kan geleverd worden in verschillende vormen: vetzuren bieden langdurige energie, terwijl koolhydraten zoals suikers en zetmeel het paard sneller van energie voorzien. Lees de blog over energievormen voor meer uitleg hierover.

Warm weer zorgt ervoor dat paarden meer zweten. Hierdoor verliezen ze elektrolyten, die essentieel zijn voor een goede vochtbalans. Bij intensief zweten is het raadzaam deze aan te vullen met een elektrolytensupplement. Synovium Electrolytes Q bevat alle belangrijke Elektrolyten ter ondersteuning van de normale vochtbalans in het lichaam van het paard. 

Al met al is het belangrijk om per seizoen het rantsoen van je paard te evalueren en aanpassingen te maken waar nodig. Bij twijfel of het huidige rantsoen past bij de behoeften van je paard is het raadzaam om een nutritionist te vragen om advies.